In deze tendens van bezuinigingen wordt echter ook regelmatig fors gekort op toezicht tijdens de bouw. Waar vroeger minimaal twee opzichters fulltime werkzaam waren op een groot project, wordt de laatste jaren slechts budget vrij gegeven voor één opzichter voor twee dagen. Met het bijwonen van bouw- en werkvergaderingen, schrijven van notulen blijft daar natuurlijk nog bar weinig tijd van over voor toezien op de kwaliteit van de bouwconstructie (keuren van wapening, afstemmen van de uitvoeringswijze, etc.) Daarnaast wordt deze verantwoordelijkheid (deels) bij de aannemer neergelegd, uiteraard zonder aanvullend budget. De aannemer heeft immers toch zijn interne controle procedures voordat er bijvoorbeeld beton gestort mag worden?
Iedere constructeur zal echter de noodzaak van controles en toezicht tijdens de bouw volledig onderschrijven. Opdrachtgevers zijn daarentegen nog niet altijd overtuigd. Ondanks dat uit diverse onderzoeken naar instortingen (bijvoorbeeld de balkons in Maastricht en de dakconstructie in Enschede) mag worden geconcludeerd dat constructieve controles tijdens de bouw wel degelijk veel schade en een dodelijk slachtoffer had kunnen voorkomen. Daarnaast lijkt er ook (onbewust) in afwijking van het constructief ontwerp te worden gebouwd.
Aannemers zien gelukkig steeds vaker in dat (meer) betrokkenheid van de hoofdconstructeur tijdens de bouw veel problemen kan voorkomen. De impact van verkeerd gestorte onderdelen of ontbrekende wapening reikt verder dan de kosten voor extra keuringen tijdens de bouw. Als vereniging willen wij daarom het belang van toezicht tijdens de bouw weer actueel maken. We moeten onze opdrachtgevers ervan overtuigen dat de hoofdconstructeur bij uitstek degene is die met toezicht de kwaliteit van zijn ontwerp kan waarborgen. Het gaat om méér veiligheid tegen minder faalkosten met méér kwaliteit als eindresultaat!